We vinden er allemaal wel wat van, van de manier van opvoeden van de ouders om ons heen. Te streng, te toegeeflijk, te vrijpostig, te weinig ruimte en ook weer teveel daarvan. Hoe je het ook wendt of keert: het is nooit précies de manier waarop wij het opvoeden zélf aan zouden pakken en daarmee dus ook meteen een stukje minder perfect.
Tekst: Marina van der Wal
Heel Nederland volgt massaal de serie ‘De luizenmoeder’, over het wel en wee van een groep moeders en vaders. Met elkaar herkennen we de (ongeschreven) regeltjes van het schoolplein. De relaties tussen leerkrachten onderling en tussen de juffen, meesters en de ouders worden pijnlijk duidelijk gemaakt. En we vinden het met z’n allen práchtig!
Samen met de diagnose diabetes type 1 heb je ook automatisch de diagnose ‘een andere opvoeder’ gekregen
Zelf was ik zo’n moeder die het schoolplein een beetje probeerde te mijden; ik was er te weinig om de roddels meteen in perspectief te kunnen plaatsen en liep daarmee altijd radeloos achter de feiten aan. Dat ik mezelf met dit gedrag ook tot voedsel van menige roddel maakte ontdekte ik pas tijdens een schoolfeest na het horen van een tranentrekkend verhaal over twee jongetjes op school. En geloof me: het verhaal was echt vré-sé-lijk! In de steek gelaten door hun moeder, aan hun lot overgelaten door hun door verdriet overmande vader. En wat het verhaal nóg schrijnender maakte was het feit dat beide ouders zich totaal niet interesseerde voor de activiteiten die speciaal voor ouders werden georganiseerd. Feestjes bijvoorbeeld. Want: ook bij dit partijtje waren ze afwezig. De verbijstering was groot toen bleek dat ík de moeder van de twee sneuneusjes was. Ik was de week ervoor nog mee geweest op het kamp van groep 7 en hun vader gaf wekelijks tekenles aan extra begaafde creatievelingetjes… Een excuus verwacht ik na 15 jaar niet meer.
Samen met de diagnose diabetes type 1 heb je ook automatisch de diagnose ‘een andere opvoeder’ gekregen. En dat is dan weer een reden om met argusogen bekeken te worden door ouders in die kleine schoolplein-maatschappij.
Geen extra aandacht voor de luxe
Verhalen doen snel de ronde en vaak hoor je ze per ongeluk. Het gaat er daarna om wat je met de informatie doet om de boodschap nog een beetje bij te sturen. Dat is zo met de flauwe en achterbakse roddels maar dat is natuurlijk helemaal zo als jouw kind écht meer aandacht nodig heeft vanwege het hebben van een chronische aandoening.
Hoe maak je collega-ouders duidelijk dat rekening houden met jouw kind bij de tractaties geen luxe is maar noodzaak? Dat het tussendoor waardes checken geen vragen om aandacht is? Dat het wél mogen ‘snoepen’ (en hoe lekker is zo’n dextro-tablet nu eigenlijk werkelijk?) niet expres gebeurt en dat de extra aandacht die de juf of meester geeft écht nodig is? Of dit nu handig of wat onhandiger aangepakt wordt door de leerkracht.
En dan hoor je dat je wel ‘heel voorzichtig met je dochter bent’ en ‘moeite hebt met loslaten’ of ‘erg hijgerig bent als het om traktaties gaat’. Of toch iedere keer weer de gedachte ‘misschien toch teveel ongezond gegeten?’ in de ogen van een vader of moeder lezen. Je kunt zelf vast nog tientallen opmerkingen aan dit summiere rijtje toevoegen. En allemaal doen ze pijn. Eén voor één geven ze het gevoel dat je je moet verdedigen. En elke keer maar weer uitleggen dat diabetes type 1 écht anders is dan een tijdelijke bevlieging van ‘opletten met wat we eten’.
Dubbele diagnose
Samen met de diagnose diabetes type 1 heb je ook automatisch de diagnose ‘een andere opvoeder’ gekregen. En dat is dan weer een reden om met argusogen bekeken te worden door ouders in die kleine schoolplein-maatschappij.
Marina van der Wal is opvoedkundige en betrokken bij stichting Kinder Diabetes.